Een oosters verhaal vertelt van een jongeman die hartstochtelijk op zoek was naar levensvreugde. In zijn jeugdig enthousiasme dacht hij dat te vinden in plezier maken en feest vieren, maar hij voelde zich slechts leeg en hol.
Toen bedacht hij dat hij het heel anders moest doen: hij trok zich terug in de eenzaamheid om in bezinning en zelfdiscipline aan het aardse te ontstijgen. Hoe hoezeer hij het ook probeerde: hij vond geen levensvreugde.
Toen trok hij naar de stad om onder de mensen te zijn en zijn leven dienstbaar te maken aan de mensen. En van de vroege morgen tot de late avond was hij in de weer. Het gaf hem weliswaar een tevreden gevoel, maar levensvreugde vond hij niet. Weer ging hij op tocht en als bedelmonnik trok hij van plek naar plek, op zoek naar geluk, naar levensvreugde.
Op een dag ontmoette hij aan de oever van een rivier een oude veerman, die heel zijn leven niets anders gedaan had dan wachten op mensen die de rivier wilden oversteken. De tevredenheid en blijmoedigheid die deze man uitstraalde, bracht de man ertoe hem te vragen:
Wat moet ik doen om levensvreugde te vinden?
En de veerman antwoordde: Je bent alsmaar druk doende geweest met zoeken en daarom heb je het niet gevonden. Je hebt alsmaar gedacht: wat moet ik doen om het te vinden en daarom kon het jou niet vinden.
Je zult je levensvreugde pas vinden als je kunt wachten aan de oever van de stilte, als je kunt luisteren naar het stille gekabbel van het water, als je kunt wacht op mensen die je een kleine dienst vragen. Dan kan de levensvreugde jou vinden.
Ben jij op zoek naar je levensvreugde?
Het kabbelen van het water en de stilte. Inderdaad, als je rustig kunt worden van binnen, dan komen de dingen vanzelf op je pad! Frido van Noort