Ze installeerde zich pal voor mijn neus op het goudgele strand van Saint Malo.
‘Die heeft nou werkelijk niets om jaloers op te worden’, constateerde ik, terwijl ze haar handdoek over het gloeiende zand uitspreidde.
Haar buik stak vooruit alsof er een stevige basketbal onder haar lange zwarte rok zat verstopt. Als ze jonger was geweest had ik zomaar kunnen denken dat er een kindje in aantocht was, maar aan de rimpels in haar gezicht en het schaarse haar op haar schedel kon ik zien dat ze toch gauw een jaar of zeventig moest zijn.
Onder haar wijde rok staken twee witte benen, behaard en vol blauwe en paarse spataders. Om haar gezwollen voeten droeg ze oubollige instappers. Op haar hielen zat een dikke laag eelt en haar tenen werden ontsierd door lelijke gele kalknagels.
Als ik vrouwen zag zoals zij vroeg ik me altijd af wanneer ze er de brui aan hadden gegeven?
Wanneer hadden ze er niets meer om gegeven dat alles uitzakte, dat steeds meer kilo’s zich in de vorm van vet vastzetten op de heupen en de taille langzaam maar zeker verdween? Wanneer hadden ze niets meer ondernomen tegen de cellulitis op hun dijen?
Er moest toch een periode zijn geweest dat ook deze dame het ijverig had geprobeerd? Diëten – het ene nog veelbelovender dan het andere. Dure gels en anti-rimpelcrèmes, die – zo was al meermalen wetenschappelijk bewezen – helemaal niets uithaalden. Was ze ook zo gefrustreerd geraakt door al die slanke modellen in damesbladen? Had ze haar haren geverfd – allemaal in strijd tegen de ouderdom? En waarom was ze ermee gestopt? Of was ze er nooit aan begonnen?
Ik hield mijn spiedende blik verborgen achter een grote zonnebril. Ik zag hoe ze haar rok liet zakken, haar T-shirt uittrok en nog meer van haar verrimpelde huid prijsgaf. Ineens keek ik naar een oudere dame in bikini. Een outfit die ik – toch bijna twintig jaar jonger – al lang niet meer droeg, omdat ik me niet prettig voel met al die spiedende blikken achter grote zonnebrillen om mij heen. Want die spiedende ogen zien wat ik zelf liever niet meer zie: de vetrolletjes om mijn buik en de strepen die herinneren aan drie zwangerschappen.
Maar zij… leek daar allemaal niets om te geven. Ik voelde bijna een plaatsvervangende schaamte.
Nadat ze zich had ingesmeerd met zonnecrème, koos ze een makkelijke pose. Ze zat nog maar net, toen een oudere heer naast haar plaatsnam. Hij legde een arm om haar schouder en drukte zijn lippen tegen haar voorhoofd. Uit een plastic tasje haalde hij een meloen tevoorschijn die hij voor haar in kleine stukken sneed. Zij knipoogde naar hem en kneep hem liefkozend in zijn wang.
Vanachter mijn donkere glazen zag ik twee oudere tortelduifjes. Het ontroerde me. Mijn kritische blik was ineens verdwenen. Want is dát niet waar het hele leven om draait: liefde geven en liefde krijgen?
En ineens besefte ik dat deze Franse dame wel degelijk iets had waar veel mensen jaloers op konden zijn.
Bron: Susanne Groeneveld ‘gepubliceerd in het Eindhovens en Brabants Dagblad op 17-8-2013’
Tja, deze Franse dame heeft dus begrepen waar het om gaat: jezelf accepteren en dat schoonheid van binnen zit!